Maaltijden aan huis voor ouderen

  • Datering van de gebeurtenis: 1972 - 2009

Tegenwoordig worden de thuisbezorgde maaltijden voor ouderen gekoeld of diepgevroren afgeleverd zodat ze zelf kunnen bepalen wanneer ze willen eten.

Ze hebben een magnetron, kunnen voor één of meerdere dagen per week maaltijden krijgen en er wordt in principe voor zeven dagen in de week geleverd. En dat alles voor een zeer betaalbare prijs, Voor nog géén € 6,-- krijg je een driegangen menu thuisbezorgd.

De in 1972 opgerichte Maaltijdendienst voor Ouderen onderdeel van SBT (Stichting Bejaardenwerk Tilburg), stapte in 1991 over op magnetron geschikte maaltijden. Ik had de eer deze omschakeling toentertijd te leiden.

In 1992 werd de Maaltijdendienst verzelfstandigd en ging Maaltijdenexpres heten Zij verhuisde naar het monumentale pand van Van Dooren op het Korvelplein waar tevens een huisartsenpraktijk was (is?) gevestigd. (afb. 1)

Ik schreef toen in mijn jaarverslag 1994 heel trots te zijn al ruim 140.000 maaltijden geleverd te hebben.

Tegenwoordig heet zij de Maaltijdenexpres Brabant omdat er een steeds groter gebied wordt bestreken. Men beschikt over 6 koelauto's en bezorgt al zo'n 300.000 maaltijden per jaar. (afb. 2)

Voor die tijd ging het anders; de maaltijden werden in de verschillende keukens van de bejaardenhuizen gekookt en verpakt in piepschuim dozen die de warmte vast hielden. Dat werd ook wel "Tafeltje dek je" genoemd.

In het begin werd dit uitgevoerd door vrouwen van de Unie Vrouwelijke Vrijwilligers (UVV), een zeer begeesterde groep vrouwen die 5 dagen in de week met hun auto naar de keukens van de verzorgingshuizen -en zelfs van de nonnen- gingen om daar de warme maaltijden op te halen om vervolgens naar de diverse klanten te brengen.

Soms ging er wel eens iets mis. Een auto kreeg een lekke band, of nog erger, een aanrijding. Of de planning van de kok was toch niet helemaal in orde.

Toentertijd waren er mensen die al met vork en mes in de aanslag en het servet voor, zaten te wachten op de bezorger van de maaltijdendienst, die dan de maaltijd netjes op het bord uit serveerde.

Op een keer was er paniek omdat de maaltijden niet op tijd klaar waren.

Mijn collega Jef sjouwde zich het apezuur om het eten toch op tijd bij de mensen te hebben. Bij een mevrouw die inderdaad al aan de gedekte tafel zat te wachten, bestond de vloerbedekking uit linoleum (voor de jongeren: een soort zeil).

Jef komt overhaast binnen, slipt over een deurmatje en glijdt, terwijl hij de maaltijd recht weet te houden in een halve spagaat met matje en al over de kamervloer voorbij de wachtende dame.

Ze ziet hem voorbij glijden en zegt in onvervalst Tilburgs: "Wè zèède toch laot"

Henk van Mierlo

Nuenen

Media