Terugkijken op een werkzaam leven

  • Datering van het verhaal: 1960-2009

Van de markt naar het confectieatelier

Wij hebben in onze vorige bijdrage kennisgemaakt met Willy en Co Oostenwijk-Sparidans. We hebben hen verlaten in 1951, het jaar dat het echtpaar hun brood verdiende met de markthandel.

In de jaren 1950-1956 bleef de markthandel de kern van de onderneming. De handel was inmiddels via schorten, in alle maten en soorten omgezet in nachtkleding. Beide producten liet het echtpaar door thuiswerkers maken. We laten Co zijn verhaal doen over deze jaren: "Wij gingen in deze tijd op maandag naar de markt in Nijmegen. Jac Horsten had een grote bus en wij reden samen naar Nijmegen om te markten daar. Ons assortiment hebben in de loop van de jaren vijftig aangepast. De kern is altijd textiel gebleven. Uiteindelijk leverden wij de onze producten, die wij zelf lieten maken bij thuiswerksters, eveneens aan de collega markthandelaren. De volgende stap was het opstarten van een confectieatelier. Onder naam J. van Oosterwijk waren we actief in Petrus Loosjesstraat 3. Mijn vrouw Willy was de motor achter dit alles. In de loop van de jaren zijn wij van drie personeelsleden naar vijfentwintig gegaan. Wij maakte een zeer uitgebreid assortiment nacht- en kinderkleding. Naast ons eigen personeel hadden wij ruim twintig thuiswerkers die voor ons werkte. De firma C&A was één van onze grote afnemers. In 1988 is zaak overgedaan onze oudste zoon, ik was net vijfenzestig jaar.

Zij maakten vakwerk (net als wij altijd gedaan hadden) voor een redelijke prijs. In de loop van de jaren bleken zij toch te duur. Onze afnemers gingen opzoek naar goedkopere leveranciers. De zogenaamde lage loonlanden waren de doodsteek voor de totale textiel sector, dus ook voor ons bedrijf. In 1992 zijn ze failliet gegaan, ik was net vijfenzestig jaar. C&A laat momenteel veel kleding maken in o.a. Polen.

Zes jaar geleden is mijn vrouw Willy overleden, ze was drie en zeventig jaar.

De afloop van ons bedrijf is geen uitzondering. Het hetzelfde lot is o.a. de Zuid Nederlandse confectiefabriek in de Stedekestraat overkomen.

Willem Vilé, die is opgegroeid in de winkel van zijn ouders op hoek van de Groeseindstraat tegenover het Veldhovenpleintje, startte Vilenzo. In eerste instantie in de voormalige panden van "De Zuid", later op het industrieterrein. Uiteindelijk is eveneens dit bedrijf failliet gegaan. Op deze manier is praktisch weinig over de bloeiende textielnijverheid die ooit velen in Tilburg een boterham heeft laten verdienen."

In november 2004 werd Vilenzo failliet verklaard, dit internationaal, beursgenoteerde bedrijf bleek niet langer levensvatbaar.

Merken
Vilenzo bracht bekende merken als Frans Molenaar, Van Gils, Bad Boys en Jeep op de markt. Bij de onderneming werkten ongeveer duizend mensen. Om Vilenzo overeind te houden moest de onderneming helemaal op de schop. Een verlieslatende fabriek op Madagaskar werd gesloten en drie onderdelen werden verkocht. Vilenzo deed bijvoorbeeld de merken Salty Dog en Björn Borg van de hand. Deze merken zijn overgenomen door de modeketen "WE".

Co volgt de textiel minder intensief als vroeger, maar hij kan er nog uren over vertellen. Op woensdagmiddag neemt hij deel aan de huiskamergroep van "De Baselaer". In maand juni gaat dit gezelschap uitvoerig in gesprek met leerlingen van groep zeven van de basisschool de Stappen. Zo komt het verleden voor deze groep tot leven. De ouderen vertellen hoe ze het deden en de jongeren hoe ze het doen en waarom...

Rien van der Heijden
juli 2009

Werkgroep Theresia in de schijnwerpers

Met dank aan: Co van Oosterwijk

Bijlagen:
Foto 1:
In aanbouw zijnde nieuwbouw van ons confectieatelier aan de Peter Loosjesstraat. We gingen van 85 m2, naar 240 m2
Foto 2:
Co tijdens een interview met leerlingen van groep zeven van basisschool de Stappen. Rechts van hem Stenia Meijer en links van hem Stan Oerlemans (Stan is op 15 juni 2009 overleden, 5 dagen na het interview)

Media