Van Verlengde naar Verkorte Tuinstraat

  • Datering van het verhaal: 1832 tot nu

De binnenstad had meerdere centra zo'n honderdvijftig jaar geleden, zoals de Oude Markt, de Heuvel en het Piusplein, om hun huidige namen te gebruiken.
Met als belangrijke straten in het centrum de Nieuwlandstraat, Zomerstraat en Heuvelstraat. Het terrein tussen deze straten en de Heuvel was nog het rustieke landbouwgebied, de ‘Heuvelse Akkers', afb. 1. Die rustieke sfeer verdween met de komst van de spoorlijn en het station in 1863. Toen werd het tussenliggend terrein de perfecte locatie, dicht bij het station, voor allerlei bedrijven.

Tot die tijd bestond er een ‘Tuinpadje' achterlangs de panden aan de Heuvelstraat en langs de Heuvelse akkers. Toen kwamen daar bedrijven, zoals de wollenstoffenfabriek van Bogaers in 1866, afb. 2. Het tuinpadje werd in 1881 officieel de Tuinstraat. Niet zoals we die nu kennen maar korter, lopend vanaf de Heuvel tot aan de ‘eeuwenoude' Langestraat, toen nog Langepad geheten.
Pas in 1900 kreeg de Tuinstraat zijn volle lengte, met het stuk Langestraat-Vijfsprong erbij, de zogenaamde ‘Verlengde Tuinstraat', afb. 3. Dit stuk met mooie ‘oude' huizen is toch als laatste bebouwd.

Nu, met de komst van het Pieter Vreedeplein hebben we nog maar een ‘Verkorte Tuinstraat', want het roemrijke stukje Tuinstraat vanaf de Heuvel is spoorloos verdwenen. Aan de noordkant is het stuk tot de IJzerstraat (nr. 29) en aan de zuidkant is het stuk tot de Pieter Vreedestraat (nr. 32) er niet meer.

Wat we daar nu hebben is bekend, maar we hebben we daar ooit gehad?
Zonder kompleet te kunnen zijn eerst de noordkant van dat stukje Tuinstraat.
De wollenstoffenfabriek van de Gebroeders Van Spaendonck zat op nummer 1. In 1929 is Adolf v.d. Bergh daar begonnen met zijn AaBe-fabriek en omdat de naam van Spaendonck bekender was dan de naam AaBe combineerde hij beide namen op zijn briefhoofd. Op afbeelding 4, is rechts de vooroorlogse situatie hoek Tuinstraat/Heuvel nog te zien. Ook voor de oorlog, zat er op nummer 13 het garagebedrijf van Lohrmann en op 25, de timmerman/aannemer Van de Schoot.

Aan de zuidkant van dat stuk Tuinstraat vanaf de Heuvel, zat dominant tot de dertiger jaren de wollenstoffenfabriek Brands, met vervolgens als langdurig aanwezige industriële bedrijven, de smederij van Waijers en de paraplu(!)fabriek van Gimbrère.
Een kleine honderd jaar lang, tot in de zestiger jaren was een paraplu hier een typisch lokaal product, in Tilburg synoniem met Gimbrère, afb. 5.

Het verdwijnen van de laatste schoorsteen, afb. 6, toont de veranderende sfeer in de Tuinstraat in de zestiger jaren en wie weet of de Tuinstraat in de toekomst nog verder verlengd of verkort gaat worden.

Afb. 1: Deel van de kadasterkaart uit 1832, waarop het 'Tuinpadje' tot het ‘Langepad' nog te herkennen is.

Afb. 2: De wollenstoffenfabriek van Bogaers, Tuinstraat 47. De oorspronkelijke hoge fabriek van 1866 is in 1908 afgebrand. Deze afbeelding, van rond 1920, is van de uitvoering daarna.

Afb. 3: Ansichtkaart uit 1902, nog met vermelding 'Verlengde Tuinstraat'. Foto vanaf de kruising Langestraat-Tuinstraat, richting Heuvel. (Beeldonline RAT-2687)

Afb. 4: Briefhoofd uit 1935 van AaBe, met rechts de fabriek van Gebrs. Van Spaendonck, Tuinstraat 1 op de hoek van de Heuvel. (collectie Harrie Schoenmakers)

Afb. 5: Reclamekaart van Gimbrère uit 1921, met vermelding van hun belangrijkste productievestiging, Fabriekstraat 6. (Beeldonline RAT-43519)

Afb. 6: De laatste schoorsteen verdwijnt bij de Tuinstraat in de zestiger jaren.
Deze van wasserij De Leij. (Beeldonline RAT-28636)