WO II (19) - de opbouwdienst (deel 1)

Bron: Geheugen van Nederland

Twee maanden na het begin van de Tweede Wereldoorlog (althans wat Nederland betreft) berichtte de ‘Nieuwe Tilburgsche Courant’ op 9 juli 1940 als volgt.

(Hierbij het eerste gedeelte):

 

Het opbouwleger treedt aan
Drie maanden proeftijd
Sport op den voorgrond en de schop als embleem

 

Op 14 Juli bezit Nederland nog een leger van omstreeks 50.00 à 60.000 man. Aan den ochtend van den 15den Juli is dit leger verdwenen.

Dan staat de O.D., de Opbouwdienst, gereed om zijn werk aan te vangen. Wie hier van deel uitmaken ? Allereerst de beroeps- en reserve-officieren en -onderofficieren, die den wensch te kennen gegeven hebben over te gaan in leidende functies van de O.D.


Dezen militairen staan de volgende wegen open:

1. Overgang naar de burgermaatschappij;

2. naar den O.D.;

3. naar de rivierpolitie;

4. naar de gewone politie;

5. naar de douane.

 

Niet alle beroepsmilitairen kunnen echter van de vier laatstgenoemde mogelijkheden gebruik maken. De pensioengerechtigden namelijk gaan met pensioen terwijl de oudere hoofdofficieren in beginsel op wachtgeld gesteld worden, met uitzondering wellicht van enkele hoofdofficieren voor wie de gelegenheid tot plaatsing bij de staven van den O.D. zal bestaan.

Ook voor de afwikkeling der demobilisatie blijven nog verschillende diensten voorloopig gehandhaafd.


Naast de beroepsmilitairen komen bij den O.D. de reserve-officieren, dienstplichtige onderofficieren en overige dienstplichtingen, die momenteel geen werkkring in de burgermaatschappij kunnen vinden.

Voorts zal in de leiding wellicht ook plaats kunnen zijn voor burgers, die zich vrijwillig aanmelden en die op grond van hun deskundigheid, ontwikkeling en geschiktheid om met menschen om te gaan, hiervoor in aanmerking komen.


Voorloopig blijven de militairen die bij den Opbouwdienst werkzaam zijn, de gewone militaire uniformen dragen. Zij krijgen evenwel een speciaal distinctief waarvan de bijzonderheden nog niet vastgesteld zijn.

Men denkt aan een onderscheidingsteken op de mouw waarop een nader te bepalen embleem alsmede de letters O.D. voorkomen.

Als de textielpositie het toelaat, zullen er in de toekomst wellicht speciale uniformen komen.


Van 15 Juli tot 15 October zal de z.g. proeftijd zijn.

In dit tijdbestek zal beoordeeld worden in hoeverre bepaalde personen minder geschikt geacht moeten worden om aan het opbouwwerk deel te nemen, dan wel in andere functies te werk gesteld moeten worden.


Indeeling.


De Opbouwdienst zal bestaan uit een staf, vier districtstaven en verder per district een aantal korpsen (bataljons), elk bestaande uit afdeelingen (compagnieën), die op haar beurt onderverdeeld zijn in groepen (secties) en ploegen (groepen).

Men rekent op een 75-tal korpsen van ongeveer 800 man, in totaal 50.000 à 60.000 man, bij den Opbouwdienst. In beginsel zal de afdeeling een zelfstandige werkeenheid zijn, die in elk opzicht "self-supporting" is, als men dit woord hier mag gebruiken.

Wellicht zal het mogelijk zijn in de toekomst enkele speciale eenheden te formeeren van vaklieden op bepaald gebied, b.v. afdeelingen, die meer gespecialiseerd zijn op de uitvoering van bouwwerken enz. en bij groote objecten kunnen worden ingezet.

 

Op het ‘Geheugen van Nederland’ trof ik bijgaande foto uit 1940 aan van opbouwwerkzaamheden door gedemobiliseerde soldaten.

 

Louis Sparidans

 

Tilburg Wiki: