Henk van Mierlo
Hoewel het er even op leek dat men niet op tijd klaar zou zijn, kwam alles toch nog goed doordat tot op het laatst honderden vaklui met de afwerking van de gebouwen en het terrein bezig waren. In ieder geval hadden ze het weer mee. Zo meldt de Tilburgsche Courant op 18 juni 1913:
“Het is heden de dag der groote gebeurtenis !
De heerlijke warme Junizon werpt, haar gouden stralen over een feestvierende stad.
Alles rept zich om instemming te betuigen met wat te gebeuren staat
De vlaggen wapperen alom. Honderden ziet men toebereidselen maken om straks de opening der Tentoonstelling die eenmaal een gulden bladzijde moet vullen in Tilburg's geschiedrollen, mede te vieren. In een woord men leeft overal spontaan mede, met de groote gebeurtenis.
Tegen 2 uur het tijdstip waarop Minister Talma het groote woord zou spreken, was het wonder geschied en vertoonde zich de Tentoonstelling in vol ornaat.
Van alle gebouwen wapperde breed uit de nationale driekleur met daarnaast de vlaggen der onderscheidene exposeerende natiën, de fontein wierp haar kleurige waterstralen 30 M. de lieve zon tegemoet... in een woord het was een prachtig kleurrijk tafereel dat het terrein bood.
Binnen snorden reeds de machines en troffen anderen in de Nijverheidszaal
de laatste schilderingen ieder om zijn „stand" een zoo fleurig mogelijk aanzien te geven.
De gasten konden komen !”
Te ongeveer kwart voor 2 uur verscheen Minister Talma per auto op het terrein, begroet door de luide toejuichingen der aanwezige menigte en door Burgemeester Raupp die hem welkom heette.
De openingsplechtigheid zou plaats vinden in de versierde feestzaal.
De voorzitter van het Hoofdcomite sprak de minister een woord van welkom toe en eindigt zijn rede als volgt: “En ik durf Z.Exc. den minister te verzoeken deze internationale tentoonstelling 1913 Tilburg te willen openen.”
De Minister Talma hierna het woord nemende, opende de tentoonstelling met een korte rede waarin hij Tilburg complimenteerde met de voortvarende aanpak .
Hierna werd een wandeling gemaakt over de tentoonstelling. Eerst werd de Nijverheidszaal en het Onderwijspaviljoen bezocht, daarna de Machinezaal en de Kunstzaal.
Tot slot werd ook nog even in de bloemenstad vertoefd.
Om 6 uur werd de minister een feestmaal aangeboden, waarna hij om 20.35 u weer naar Den Haag vertrok.
Tilburg kon terugzien op een zeer geslaagde openingsdag van de Internationale Tentoonstelling van 1913 die bijzondere luister moest geven aan het eerste eeuwfeest van de onafhankelijkheid.
Een volgend hoogtepunt zou het bezoek worden dat Koningin Wilhelmina op 14 juli bracht aan de tentoostelling.
Daarover meer in een volgend deel.
Henk van Mierlo
Nuenen.
Foto’s van de Nijverheidszaal en Bloemenstad met dank aan Beeldonline van het RAT