Ontwikkeling en loopbaanadvies (Jan Wouters)

Sporen van de NS Hoofdwerkplaats

In 1970 begint Jan Wouters als elektrotechnisch onderhoudsmonteur bij de Hoofdwerkplaats. Zijn broer werkt daar al. ‘Ik had al vrij snel door dat het zwaar en vies werk was. Dat wilde ik niet mijn hele leven blijven doen en volgens mij kon ik dat alleen veranderen door me verder te ontwikkelen. In mijn eigen tijd begon ik een opleiding Industriële Elektronica. De gedachte dat ik na mijn diploma volop mogelijkheden voor een promotie zou hebben klopte niet helemaal. Mijn leidinggevende was niet iemand die het op eigen initiatief studeren stimuleerde en gaf aan dat ik moest wachten. Het promotiesysteem was gebaseerd op anciënniteit, het was mijn beurt nog niet.’

Jan Wouters foto1 zittend met armen over elkaar.jpg

Jan solliciteert dus zelf op functies binnen de Nederlandse Spoorwegen en in 1980 wordt hij cursusleider bij de technische vakschool van NS. Hij valt dan onder personeelszaken in Utrecht waar een wereld voor hem open gaat. Tot 1990 werkt hij waar nodig is, afwisselend in Amersfoort, Utrecht en Tilburg. ‘Ik merkte dat het systeem in Tilburg gebaseerd is op controle en wantrouwen terwijl dat op andere locaties niet zo was. ‘Vanwege mijn kritische blik had een collega in Tilburg mij enthousiast gemaakt voor de vakbond en zodoende kwam ik ook terecht bij de Centrale Ondernemingsraad. De vaardigheden die ik daar leerde zijn heel waardevol geweest. Je leert er regie krijgen over je eigen toekomst. Ik kan het iedereen aanraden!’

Jan blijft de drang voelen zich verder te ontwikkelen. De afdeling personeelszaken biedt daarvoor goede studiefaciliteiten in de vorm van tijd en geld. Hij volgt een onderwijskundige opleiding en dat prikkelt hem om vervolgens op hbo-niveau verder te studeren, aan de Leergangen in Tilburg begint hij aan de studie Arbeidsmarktpolitiek en personeelsbeleid. ‘Tussen 1990 en 1993 heb ik verschillende functies gehad tot ik aan de slag kan als loopbaanadviseur en loopbaantrainer bij het mobiliteitscentrum van de spoorwegen in Eindhoven. Ik kon me gaan inzetten voor mensen die zich wilden ontwikkelen. Inmiddels was werken aan je loopbaan en ontwikkeltrajecten opstellen binnen het bedrijf wel meer gemeengoed dan in de tijd dat ik de eerste stappen nam. Toen was het op de Hoofdwerkplaats erg gezellig, de sfeer was goed, maar de inrichting van het werk was erg hiërarchisch. Je kon bijvoorbeeld niet zomaar bij de directeur binnenlopen. Dat was bij andere onderdelen van de NS zelfs toen al wel anders.’

Als Jan bij het mobiliteitscentrum werkt krijgt hij te maken met oud-collega’s uit Tilburg die als gevolg van de grote reorganisatie een andere baan zoeken. ‘Hoe vervelend reorganiseren en ontslagrondes ook zijn, we hadden herplaatsingen wel goed voor elkaar. De afspraak was dat NS het salaris tijdens een proefperiode bij een andere werkgever voor zijn rekening nam en als die periode goed verliep volgde meteen een vaste aanstelling, Maar de navelstreng van de NS doorsnijden is meestal niet makkelijk,’ vertelt Jan.

In 2001 verandert Jan nog een keer van baan. Hij wordt hoofd Opleidingen bij NedTrain in Utrecht. De Nederlandse Spoorwegen privatiseren en willen naar de beurs. Langzaam maar zeker verdwijnen de dure bedrijfsopleidingen en komt de nadruk te liggen op het goed faciliteren van opleidingen op eigen initiatief en in eigen tijd. ‘Iets wat in Tilburg dus niet altijd werd gestimuleerd,’ vertelt Jan uit zijn ervaring. ‘Toen de eigen opleidingen verdwenen betekende dat ook het einde van mijn baan. In 2007 begon ik nog als HRM-adviseur om vervolgens in 2009 met vervroegd pensioen te gaan’. Maar Jan blijft nog altijd actief. Hij duikt in de sociale media voor een bedrijf in de Spoorzone, wordt actief in de politiek als bestuurslid van de PvdA Tilburg, en zet zich actief in voor het behoud van het erfgoed van de voormalige Tilburgse Hoofdwerkplaats.

Dit verhaal is onderdeel van het project 'Sporen van de NS Hoofdwerkplaats: Samen verzamelen voor de Stadscollectie Tilburg'. Met dank aan Dienie Biemans, Tekstbureau Theo van Etten en Co-Cultuur/Leonie Wingen voor het afnemen van de interviews en optekenen van de verhalen. De foto in het TijdLab is gemaakt door Johan Dekkers.

Het project is mede mogelijk gemaakt door het Fonds voor Cultuurparticipatie en Fonds Erfgoed Tilburg.

 

Alle rechten voorbehouden

Media