Abdij van Thornstraat

Wilko Elsinga

Het gezin Elsinga was in 1961 de eerste bewoner van de Abdij van Thornstraat. Over een wijk in opbouw, met destijds veel spannende speelplekken, de drumband van La Cabane en een lange vriendschap

1.jpg

Berry van Oudheusden

 

De wieg van Wilko Elsinga stond in 1954 aan het Pieter Postplein. Toen dat huis te klein werd voor een gezin met twee kinderen, kwam de nieuwe wijk in opbouw in beeld. ‘De Reit was toen nog niets. Een paar rijtjes huizen in de abdijbuurt. Op de step ging ik via de spoorovergang in de Bokhamer en dan via een weiland naar ons nieuwe huis kijken. Er lagen nog geen straatstenen. Wel al tuinen voor en achter. Voor de rest was alles kaal.’

 

In 1961 verhuisden ze naar De Reit. ‘We hadden een voor- en achterkamer, gescheiden door een schuifdeur en een vast deel. Er stond een kolenkachel en in het schuurtje was een kolenhok, met een gat. Daar kon de kolenboer de kolen in schudden.’ Boven beschrijft hij drie slaapkamers en een badkamer met granieten lavet. ‘Als we op de rand gingen staan konden we door de bovenraampjes in de badkamer aan de overkant kijken. Die achterkamer beneden was bij velen een extra slaapkamer. Die hadden wij niet nodig dus die tussenwand werd verwijderd. Dat deed vrijwel iedereen.’

 

Er waren veel kinderen in de nieuwe wijk en ze zagen hun omgeving langzaam groeien. ‘We hadden een speelveldje waar we ook voetbalden. Dat werd later bebouwd met winkels. Wij hebben toen verzet gepleegd en het bord waarop de bouw werd aangekondigd tegen de grond gegooid.’ Ze vonden ook het nodige materiaal in de omgeving. ‘Ze gingen die sterflats bouwen voor studenten. Wij kropen door de afrastering en hebben daar palen meegenomen. Daar maakte we een goal van. Met de Abdijboys speelden we tegen de Torenboys. Dat was zoiets als Willem II-NAC. Dat waren geen vriendschappelijke potjes.’

 

Boerke Mutsaers was destijds het multifunctionele centrum. ‘Daar waren feesten, carnaval, sinterklaas, optredens. Ik zat bij een drumband en we oefenden bij La Cabane. Al trommelend zijn we wel eens door De Reit gelopen. Zwarte broek, witte blouse. Prachtig.’ Wilko’s beste vriend was Bert Goorhuis, die op het Abdij van Rijnsburgplein woonde. ‘Zijn huis was mijn tweede huis en andersom. We zijn samen opgegroeid en gingen samen naar de Willem II-hbs. Daarna volgden we de kweekschool Sint Stanislaus. Berts eerste baan was leerkracht op de Sint Maartenschool in de Abdijbuurt.’

 

Er komen meer memorabele feiten op tafel. Zoals hoe ze als groepje kinderen richting de Bredaseweg renden, toen nog door de weilanden. Wilko stapte in een dichtgegroeide sloot en brak zijn arm. ‘Ik heb met Bert koningin Juliana gezien toen ze in 1962 de Katholieke Hogeschool kwam openen. We zaten op een zandheuvel waar het Rijkslandbouwhuis werd gebouwd. Er kwam een Rolls Royce voorbij en daar stapte Juliana uit. Nou dat hebben we natuurlijk thuis met veel trots verteld.’

 

Wilko verliet de ouderlijke woning in 1976, maar kwam in dat jaar weer terug in de wijk wegens een aanstelling aan de Katholieke Hogeschool als onderwijsondersteuner. Hij vervulde er nog allerlei functies en werd aangesteld als ‘pedel’, de functionaris die academische ceremonies in goede banen leidt. ‘Ik heb het oude lakzegel van de promotiebul, waar bij het zegelgieten giftige stoffen vrijkwamen, vervangen door een hypermodern 3D geprint zegel. Die wordt nu nog gebruikt. In 2019 ging ik met pensioen. Was tevens mijn definitieve afscheid van De Reit. ‘Mijn ouders waren in 1961 de eerste bewoners van de Abdij van Thornstraat. In 1997 gingen ze naar een seniorenwoning in De Reit. Ze waren daarmee ook de laatsten van die eerste lichting die vertrokken.’

 

* Dit verhaal werd geschreven in het kader van het culturele evenement De Reit: leren, wonen, werken, zorgen (Stichting Straat 2023)

 

Foto 1: Moeder Elsinga met haar zoons. Wilko in de stoel in het midden

Foto’s 2 t/m 9: De Abdij van Thornstraat en de Abdijbuurt in ontwikkeling

(Alle foto’s collectie Wilko Elsinga)