Onze Waai

  • Datering van het verhaal: Jarenveertig-vijftig

Poffen mag, maar...

Winkelen in de Koningswei

Samen met de familie Dal gaan wij winkelen in de Koningswei in de jaren vijftig. ‘Wont oew medje in de Waai? Gaode ok vrije in de haai? Haawde putterkes in kooikes, Koôpte ok Hubertusbrooikes? hen ze noôt jouw fiets geschoept, en zegde gatverdikke.' Dat is de tekst van het lied dat de koningin van de Waai, Piëta Melis, regelmatig zong. Zij was de steun en toeverlaat voor velen. Samen met Bertje Eigenraam, stuurde zij het sociale leven van de Koningswei.

We laten Truus Dal aan het woord, regelmatig aangevuld door haar zussen Ton, Corrie en Jannie: "Piëta Melis had in de Koningswei een winkel, van waaruit ze levensmiddelen verkocht. De vleeswaren waren verpakt en de sigaretten kon je voor vijf cent per stuk kopen. Poffen (op afbetaling kopen) kon, maar als je de gemaakte afspraken niet nakwam was ze keihard. Stel dat je op eind van de week niet uitkwam, dan kon je uitstel vragen totdat bijvoorbeeld de kinderbijslag binnenkwam. Maar als je dan nog niet betaalde, was het afgelopen en kon je bij Piëta niet meer poffen. Afspraken waren afspraken, zij wilde ver gaan, maar eens hield het op. Ze stond altijd klaar om je te helpen met van alles en nog wat. Maar je moest haar niet besodemieteren, ze pakte de betrokken familie dan keihard terug.

Piëta sloot verzekeringen af op de oude mannen in de logementen in de Koningswei. Tegenover ons was zo'n logement van Anneke Snel en in bijvoorbeeld de Oranjestraat. In de kroeg moesten de mannen de uitkering van DUW ophalen. De DUW was de naoorlogse variant op de werkverschaffing. De werklozen kregen een extra toeslag op de uitkering als zij werk verrichtten voor o.a. de overheid. Het was niet slim om deze uitkering in een kroeg uit te betalen, een deel werd meteen omgezet in drank. Het café stond bekend als de kroeg met de ‘blauwe tegeltjes'.

Toen mijn zus Ton zeventien was, raakte ze in verwachting. Even een huis vinden was er in die tijd niet bij. Ze trouwde bij ons in, het was voor haar niet makkelijk. Haar vriend voer en zij was nog een tiener. Ze gaf kostgeld af en hield zelf weinig over. Bij ons was het in principe dezelfde ellende als we van thuis uit gewend waren. Iedere week kwam ik geld tekort, mijn man werkte in de bouw en een fors deel van het weekgeld was besteed in de kroeg, alvorens hij de rest afdroeg voor het huishouden. Ik zelf had twee dochters, mijn zus Ton beviel acht maanden na haar trouwen van haar eerste dochter. Mijn dochters Nelly en Ria waren tien en acht jaar toen tante Ton haar baby kreeg.

We waren nog steeds niet beter af dan in de tijd dat wij in de Koningswei woonden. Daar kregen we kleren als we meeliepen in de processie. We mochten één week op kamp naar een boer in onze door de weekse kleren. Een tandborstel kenden wij toen niet, wij zorgden met vim en zout dat onze tanden wit en schoon waren. Soms gebruikten we voor ons tandonderhoud een stukje teer als er ergens een nieuw dak geteerd werd.

Als ik bij de pastoor te horen kreeg dat de collecte was tegengevallen, was mijn antwoord: "Dan kom ik morgen terug, misschien is de schaal dan beter gevuld." Het was gaten met gaten vullen, er was constant te weinig geld om ons huishouden draaiende te houden.

Onze zus Lies had inmiddels eveneens ‘moeten trouwen' en trouwde in bij onze Leo. Wij deden de boodschappen door heel Tilburg om zo goedkoop mogelijk uit te zijn. Vlees kochten wij bij slager Brouwers in de Koningsstraat. Andere levensmiddelen in de aanbieding kochten wij in de ‘Kijkgrijp' op de Veldhovenring. Door sommige wijkbewoners werd deze merknaam letterlijk genomen, dit tot ergernis van de bedrijfsleider.

De oudere tweeling Jannie en Corrie zaten in hetzelfde schuitje. Wij waren tevreden en blij dat het met hen beter ging dan met ons. Geen afgunst en elkaar helpen waar mogelijk. Die band bestaat nu nog steeds tussen ons. Wij hielden de vuile was binnen en we hingen onze zorgen niet aan de grote klok."

In een volgende bijdrage belichten wij de kant van Jannie en Corrie, hoe kijken zij terug op hun jeugd? En hoe kijken zij tegen het feit aan dat zij het beter hadden, maar dat hun zussen de eindjes aan elkaar moesten kopen om te overleven?

Rien van der Heijden
Novermber 2009 (SM 00)

Met dank aan:

Familie Dal
Behandelcentrum de Hazelaar Tilburg en Mariëtte van Berkel

Truus Dal is overleden op 26 oktober 2009, ze was 68 jaar en langere tijd ziek.
Haar uitdrukkelijke wens was. dat haar verhaal gepubliceerd werd

Bijlagen:

Foto´s van de Koningswei
Collectie Beeldonline Reginaal Archief Tilburg

Zie ook op onze site:
"Wij woonde op de Koningswei"
"De dramatiek achter een krantenbericht"
"Van de Koningswei naar Theresia"
"Geen schoolreisje en geen traktatie door ons"
"Werken en niet meer eten bij de kleintjes"
"De kapel van de Koningswei"
"Als je het uitmaakt, krijg je een brommer"
"Onze wijk, de Koningswei"

Media